Psychosociale zorg

Hulp met gedrag en leren

Mensen met DMD lopen een verhoogd risico op psychosociale problemen, zoals problemen met gedrag en leren, en medische zorg is niet compleet zonder ondersteuning voor psychosociaal welbevinden. Moeilijkheden met het sociaal functioneren kan te wijten zijn aan specifieke uitdagingen in bepaalde vaardigheden, zoals omgang met anderen, beoordelen van sociale situaties, en de vooruitzichten, terwijl de gevolgen van DMD (zoals de fysieke beperkingen) kunnen leiden tot sociaal isolement, sociale terugtrekking, en verminderde toegang tot sociale activiteiten. Voor veel ouders is de stress veroorzaakt door de psychosociale problemen van het kind en de moeilijkheden om deze geaccepteerd te krijgen en juist behandeld te worden erger dan de stress veroorzaakt door de fysieke aspecten van de ziekte.

Belangrijke feiten om te onthouden

  1. De psychosociale gezondheid van uw zoon en uw familie is belangrijk.
  2. Uw zoon heeft een hogere kans op psychosociale problemen.
  3. U en uw gezin lopen gevaar voor een aantal problemen, zoals depressie.
  4. De beste manier om psychosociale problemen te behandelen is ze vroeg op te speuren en de behandelingen te starten.
  5. Taalgebruik kan een probleem zijn, dit kan problemen opleveren op school. Dit gedrag wordt vaak gezien bij DMD en kan worden verholpen met het juiste beoordeling en inzet.
  6. Leerproblemen bij DMD zijn niet progressief en de meeste jongens halen de achterstand weer in als ze goede hulp krijgen.

Als u denkt dat uw kind zich zorgen maakt over zijn toestand, is openheid en de bereidheid om antwoord op zijn vragen te geven goed bij het voorkomen van verdere problemen. Jongens met DMD begrijpen vaak meer over hun aandoening dan hun ouders denken. Het is belangrijk om vragen open te beantwoorden, maar antwoorden zouden moeten worden aangepast aan de leeftijd van uw kind en antwoord gewoon op wat wordt gevraagd. Dit kan heel moeilijk zijn, maar de medewerkers van uw ziekenhuis kunnen hulp en begeleiding bieden over wat bij andere families goed gewerkt heeft, hetzelfde geldt voor patiëntorganisaties.

Niet iedereen met DMD zal psychosociale problemen ontwikkelen, maar gezinnen moeten het volgende in de gaten houden:

  • Tekortkomingen in de taalontwikkeling, begrip, en korte termijn geheugen;
  • Leerproblemen;
  • Problemen met sociale interacties en/of het maken van vrienden (dat wil zeggen, sociale onvolwassenheid, slechte sociale vaardigheden, terugtrekking of isolatie van leeftijdsgenootjes);
  • Angst/zorgen;
  • Frequent ruzie en driftbuien;
  • Er is ook een verhoogd risico op neurogedrag en neurologische stoornissen, waaronder stoornissen in het autistische spectrum , ADHD, en obsessief-compulsieve stoornis (OCS)
  • Problemen met de emotionele aanpassing en depressie kunnen voorkomen. Angst kan ook een probleem zijn en erger worden door tekorten in de geestelijke flexibiliteit en aanpassingsvermogen (dwz een te rigide denkproces);
  • Dit kan ook resulteren in tegenstrijdig/ argumentatieve gedrag en humeurproblemen;
  • Daarnaast onderstreept een verhoging in het aantal gevallen van depressie bij ouders van kinderen met DMD de noodzaak voor onderzoek en ondersteuning van het hele gezin;

De nadruk in de psychosociale behandeling zal moeten liggen op de preventie van problemen en vroegtijdige behandeling, want dit zal de beste resultaten geven. Over het algemeen zouden de psychosociale problemen met dezelfde effectieve, evidence-based behandelingen worden behandeld die gebruikt worden voor de algemene bevolking. Dit betekent dat het belangrijk is om hulp te zoeken als u denkt dat er problemen zijn op dit gebied.

Information based on consensus statement (published in January 2010)